Het I.V.C. richt zich in haar werking op individuen, groepen en organisaties.
Een organisme (een individu of een organisatie) is uit op groei. Die groei gebeurt in een bepaalde richting. Voor ieder mens, iedere organisatie is dat doel de zelfrealisatie. We willen onze mogelijkheden realiseren, onze vele krachten tot ontwikkeling brengen, kortom ons realiseren.De behoefte aan groei in de richting van zelfrealisatie kan enkel vervuld worden door contact met je omgeving: je neemt op wat goed voor je is, stoot af wat je groei kan belemmeren. In een organisatie moeten teamleden samenwerken om tot een eindproduct te komen.
Die uitwisseling verloopt vaak niet ideaal. Opvoeding, cultuur, onafgewerkte ervaringen beïnvloeden onze mogelijkheden, perken ze in, beschadigen ze soms. Telkens zijn we verplicht om ons creatief aan te passen, d.w.z. onze mogelijkheden en behoeften en die van onze omgeving met elkaar in overeenstemming te brengen.
Dit proces van creatieve aanpassing herhaalt zich voortdurend. Alle belangrijke veranderingen (bijv. er komt een tweede kind in het gezin; er komt meer concurrentie op de markt en de teams moeten op een andere manier met elkaar gaan samenwerken), hebben tot gevolg dat het tot dan bereikte evenwicht niet meer voldoet. Wanneer je één van je ouders verliest of wanneer je een confl ict krijgt op je werk, wanneer in een organisatie een nieuw management aantreedt, wordt je vermogen om een nieuwe harmonie te vinden uitgedaagd.