Guido Gezelle

Dit bronzen borstbeeld op marmeren sokkel werd vervaardigd door beeldhouwer Jules Lagae (1862 - 1931).

Guido Gezelle (1830-1899) werd in 1872 aangesteld als onderpastoor van de Onze-Lieve-Vrouweparochie. Hij bleef in Kortrijk wonen tot kort voor zijn overlijden. Het is bekend dat hij zijn overplaatsing vanuit Brugge als een straf beschouwde, maar al vrij snel voelde hij zich thuis in Kortrijk. Op korte tijd verwierf hij een zeer ruime kennissenkring, zowel bij de eenvoudige volksmens als bij de bemiddelde burgerij. Op literair vlak was Gezelle in deze periode bijzonder productief. Naast het journalistieke werk, vulgariserende proza, pamfletten, taalstudies en voordrachten leverde hij een enorm aantal gedichten af. Zijn meesterwerken ‘Tijdkrans’ en ‘Rijmsnoer’ werden in Kortrijk geschreven. Hij was ook zeer actief in het culturele leven en in het onderwijs.

Guido Gezelle borstbeeld

Nauwelijks twee weken na zijn overlijden kwam een comité (Gezellecomiteit) met het plan voor de dag om een standbeeld voor de dichter op te richten nabij de Onze-Lieve-Vrouwekerk. De onthulling, voorzien voor 11 juli 1902, moest uitgesteld worden, o.m. wegens problemen in de marmergroeve. Op 20 april 1903, tweede paasdag, werd het monument dan toch ingehuldigd. 

Beeldhouwer Jules Lagae was de enige kunstenaar die de dichter ooit heeft kunnen overhalen om te poseren voor een portretbuste. Gezelle had hierin toegestemd om zijn vriend Gustaf Verriest een plezier te doen. Op basis van dit beeld ontwierp Lagae een witmarmeren monument voor Kortrijk. Het ontwerp werd te imposant bevonden en in de plaats kwam een eerder bescheiden vrijstaand borstbeeld. 

Het marmeren beeld werd in het Gezellejaar 1930 vervangen door een bronzen afgietsel. In juli 1989 werd deze buste gestolen. Na wekenlange zoekacties bleef het beeld onvindbaar. Naar verluidt zou de verdwijning het gevolg zijn van een mislukte studentengrap. Tijdens de zogezegde ontvoering zou het beeld in twee stukken gebroken zijn, zodat de grap niet doorging en de daders het liever deden verdwijnen. Uiteindelijk nam de Culturele Raad het initiatief om een nieuw afgietsel te laten maken. Hiervoor kon het marmeren beeld niet meer gebruikt worden. In de Academie Kortrijk bevond zich echter nog een ander borstbeeld, eveneens van Jules Lagae, dat na een kleine herstelling kon dienen. Het nieuwe afgietsel werd onthuld op 11 juli 1990 door burgemeester Sansen. De gelegenheidstoespraak werd uitgesproken door Kanunnik Lagrain, voorzitter van het Gezellegenootschap en de Gezellekring. 

Guido Gezelle draagt hier een Romeinse mantel, een verwijzing naar de onsterfelijke klassieken. Onder de buste waren oorspronkelijk op de sokkel bloemversieringen en vier wapenschilden aangebracht: West-Vlaanderen, Kortrijk, Roeselare en Brugge. De schildjes van Kortrijk en West-Vlaanderen zijn in 2011 gestolen. In 2023 werd het beeld weggenomen voor restauratie. In de zomer van 2024 werd het gerestaureerde borstbeeld teruggeplaatst, inclusief nieuwe wapenschilden.