Van 1 tot 9 juni is het Bioweek. Maar wat is dat nu eigenlijk precies: bio? We vroegen het aan An Van Wijmelbeke (45). Zij baat samen met haar man Luc Goemaere (48) de Grenshoeve uit in Bellegem. Sinds 2014 werken ze er volledig biologisch.
Omschakeling
“Luc is geboren en getogen op de Grenshoeve. Zijn ouders hadden hier vroeger een klassieke boerderij met mestvarkens en wat akkerbouw. In 2003 nam Luc de boerderij over. Om te voldoen aan de steeds strengere regelgeving voor de industriële landbouw, waren forse investeringen nodig. Die brachten een groot financieel risico met zich mee en dat zagen we niet zitten.”
“Een tiental jaar geleden zagen we op tv een reportage over community supported agriculture (CSA). Dat is ecologische landbouw, waarbij de gemeenschap betrokken wordt. Particulieren nemen een jaarabonnement en oogsten daarmee verse groenten en fruit rechtstreeks van het veld. Een mooi voorbeeld van korte keten dus. Het concept sprak ons meteen aan. Inagro, het adviesorgaan voor landen tuinbouwers, hielp ons op weg.”
Uitdagingen
“Korte keten vergt een andere aanpak dan industriële landbouw. Wij produceren niet voor de groothandel, maar voor onze abonnees en onze hoevewinkel. Daarom leggen we ons niet toe op enkele specifieke
gewassen, maar proberen we het hele jaar rond een ruime keuze aan te bieden. In totaal telen we meer dan 80 verschillende groentesoorten. De hoeveelheden zijn uiteraard kleiner en we produceren meer in fases. De teeltbedden zijn daaraan aangepast. Ze zijn ongeveer 55 meter lang en 1,5 meter breed. Met een totale oppervlakte van 1,85 hectare, vormt dat een flinke uitdaging.”
“Wat bij elk soort landbouw een grote invloed heeft, is het weer. De laatste jaren kenden we lange periodes van droogte of regen. Daardoor moeten we onze planning vaak aanpassen. En soms mislukt een teeltbed al eens. Zoals onze tuinbonen bijvoorbeeld. Eerst zaaiden we in volle grond, maar de zaden rotten door de vochtigheid. Dit jaar probeerden we voorgezaaide plantjes, maar ook die groeiden niet verder door de natte, koude bodem. De eerste zonnedagen brachten gelukkig beterschap.”
Biologisch
“Er zijn verschillende factoren die bijdragen tot het biolabel. Onkruidbeheersing is de hoofdzaak. Wij gebruiken geen chemische middelen, maar pakken het onkruid mechanisch aan met een schoffelmachine en een wiedeg. Als de grond te nat of te droog is, moet het met de hand. Van ziektes en plagen hebben we weinig last. Nuttige diertjes bewaren het ecologisch evenwicht. Zo worden bladluizen op de aardbeienplantjes vakkundig verorberd door lieveheersbeestjes en hun larven. En slakken vormen dan weer het favoriete gerecht van de kikkers in en rond ons waterbassin.”
“Een ander belangrijk element in de biolandbouw is bodembeheer. In plaats van kunst- en drijfmest, gebruiken wij compost, bladresten van bomen en verteerde stalmest. Zo verhoog je de aanwezigheid van humus en regenwormen in de bodem. Die zorgen voor een luchtige bodemstructuur en voor de nodige voedingsstoffen voor de plantjes. Wij rijden bovendien niet met zware machines over onze akkers. Ook dat zorgt ervoor dat we de bodemkwaliteit hier nog elk jaar zien verbeteren.”
Smaakvol
“Het handelsmerk van de Grenshoeve is smaak. Wij gaan op zoek naar de meest smaakvolle groenten en fruit. Zo hebben we verschillende soorten heerlijke aardbeien en tomaten. Je vindt hier ook varianten die je niet in de supermarkt kan kopen, zoals malabarspinazie, tuinbonen, bladmosterd, broccolini, spruitroosjes, winterpostelein ... De keuze om naar een bioboerderij om te schakelen was zeker niet de makkelijkste, maar wel de juiste. Bio is de toekomst!”