Het Stationsproject Kortrijk is een samenwerkingsverband tussen de NMBS, Infrabel, De Lijn, de stad Kortrijk, het Agentschap Wegen en Verkeer en Parko. Eurostation is het ontwerpbureau.
Het doel van het project is het optimaliseren van de mobiliteit in de stationsomgeving voor de verschillende weggebruikers. Dit volgens het STOP-principe. Dat betekent dat er vooral wordt gekeken naar de noden van de zachte weggebruikers (voetgangers en fietsers). In de tweede plaats houdt men rekening met het openbaar vervoer. En in derde instantie kijkt men naar het privévervoer.
De partners willen van de stationsbuurt opnieuw een buurt maken waar het aangenaam vertoeven is. Dat allemaal binnen een regionale dimensie, die zowel inspeelt op de troeven van de Eurometropool als op de verbinding met toekomstige stedelijke projecten zoals Kortrijk Weide.
Masterplan
Er werd een (voor)ontwerp opgemaakt voor het hele Stationsproject.
Tijdens de uitwerkingsperiode werd - binnen het kader van een participatietraject - zoveel mogelijk rekening gehouden met insteken en suggesties van de bevolking. De opmaak van het definitieve ontwerp verloopt gefaseerd.
Startnota mobiliteit / projectnota
De startnota en de projectnota mobiliteit voor het Stationsproject Kortrijk werden goedgekeurd op 14 april 2014 en 9 juni 2015.
De startnota mobiliteit omvat de ruimtelijke en verkeerskundige randvoorwaarden van het project. Die moeten leiden naar een duurzame oplossing voor de huidige en toekomstige knelpunten. In de startnota worden ook al de basiskeuzes gemaakt over de circulatie van voetgangers, fietsers, bussen en auto’s en de inrichting van de kruispunten.
De projectnota is de verdere uitwerking van de startnota. Daarin worden de knelpunten op ontwerpniveau en de materiaalkeuze besproken. Aan de hand van de bepalingen in de projectnota wordt het eigenlijke ontwerp opgemaakt.
Download hier de pdf-bestanden:
- Projectnota - inhoud
- Projectnota - deel 1-2 - p7-26
- Projectnota - deel 3 - p27-48
- Projectnota - deel 3 - p49-66
- Projectnota - deel3 - p67-88
- Projectnota - deel 4 - p89-98
- Projectnota - deel 4 - p99-108
- Projectnota - deel 4 - p109-116
- Projectnota - deel 4 - p117-126
- Projectnota - deel 5 - p127-140
- Projectnota - bijlagen
- Projectnota - aanvullende nota
Mobiliteitsstudie parking
900 parkeerplaatsen in plaats van 1200
Er was eigenlijk een ondergrondse parking voorzien van 1200 plaatsen. Maar uit de analyse van het behoefteprogramma en de modal split van 2017 door de NMBS blijkt dat het aantal treinreizigers die per auto naar het station komen, met 15% is gedaald. Reizigers ruilen voor het voor- en na transport de auto in voor de fiets of laten zich afzetten en ophalen aan de Shop & Go-plaatsen. Het is uiteraard niet de bedoeling om een parking te bouwen die leeg staat. Vandaar de beslissing om de totale parkeercapaciteit te verminderen met 300 plaatsen. Het aanbod van 900 plaatsen beantwoordt aan de huidige behoeften en houdt ook rekening met een potentiële groei van het aantal reizigers van 1 tot 1,5% .
Het stadsbestuur steunt uiteraard de positieve tendens om duurzamere vervoersmiddelen te gebruiken en volgt de logica van het gewijzigde behoefteprogramma van de NMBS.